- 
1Gaat het dus om één Goddelijke lijn van het heil en kan de boodschap van het NT niet van het OT gescheiden worden, we kunnen wel een onderscheiding aanbrengen. Het OT beloofde dat God Zijn volk zou redden. Het begon met de belofte van het Nageslacht (Zaad, St.V.) van de vrouw dat de kop van de slang zou vernietigen (Gen. 3:15Genesis 3:1515 En Ik zal vijandschap teweegbrengen tussen u en de vrouw, en tussen uw nageslacht en haar Nageslacht; Dat zal u de kop vermorzelen, en u zult Het de hiel vermorzelen.).
 Gods beloften van redding ontwikkelden zich in het bijzonder in:
 
- 
ade belofte aan Abraham van universele zegen in Gen. 12:1-3Genesis 12:1-31 De HEERE nu zei tegen Abram: Gaat u uit uw land, uit uw familiekring en uit het huis van uw vader, naar het land dat Ik u wijzen zal. 2 Ik zal u tot een groot volk maken, u zegenen en uw naam groot maken; en u zult tot een zegen zijn. 3 Ik zal zegenen wie u zegenen, en wie u vervloekt, zal Ik vervloeken; en in u zullen alle geslachten van de aardbodem gezegend worden.. 
- 
bIsraëls uittocht (vóóruit wijzend op onze bevrijding uit het slavenhuis van de zonde door Jezus Christus) met als leefregels de 10 geboden (die hebben blijvende functie ook voor de nieuwe bedeling; zijn in enkele onderdelen schaduwachtig [zie studie De Tien Geboden], ook wat betreft het ‘strenge karakter’ van de OT-rustdag [zie Greijdanus, Schriftoverdenkingen, 104] en de zwaarte van de straf bij overtreding van diverse geboden [los van doodstraf op moord, die Bijbels gezien ook nu van toepassing lijkt te zijn, gezien Gen. 9:6Genesis 9:66 Vergiet iemand het bloed van de mens, door de mens zal diens bloed vergoten worden; want naar het beeld van God heeft Hij de mens gemaakt. en Ex. 20:1-17Exodus 20:1-3, 8-11, 131 Toen sprak God al deze woorden: 2 Ik ben de HEERE, uw God, Die u uit het land Egypte, uit het slavenhuis, geleid heeft. 3 U zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben.
 ...8 Gedenk de sabbatdag, dat u die heiligt. 9 Zes dagen zult u arbeiden en al uw werk doen, 10 maar de zevende dag is de sabbat van de HEERE, uw God. Dan zult u geen enkel werk doen, u, noch uw zoon, noch uw dochter, noch uw dienaar, noch uw dienares, noch uw vee, noch uw vreemdeling die binnen uw poorten is. 11 Want in zes dagen heeft de HEERE de hemel en de aarde gemaakt, de zee, en al wat erin is, en Hij rustte op de zevende dag. Daarom zegende de HEERE de sabbatdag, en heiligde die.
 ...13 U zult niet doodslaan.
 ...
 Lees de volledige tekst in uw Bijbel..
 
- 
cGods beloften ‘verpakt’ in ceremoniële instellingen van de OT-eredienst. 
- 
dde belofte aan David van een eeuwige Koning in de Davidische (Davids) lijn Die voor Gods Naam een huis zal bouwen (deze beloften reiken dus duidelijk verder dan Salomo), oftewel door Wie de oorspronkelijke beloften aan Adam en aan Abraham gerealiseerd worden (2Sam. 7:12-162Samuel 7:12-1712 Wanneer uw dagen voorbij zijn en u met uw vaderen ontslapen bent, zal Ik uw nakomeling na u, die uit uw lichaam voortkomt, doen opstaan en Ik zal zijn koningschap bevestigen. 13 Die zal voor Mijn Naam een huis bouwen, en Ik zal de troon van zijn koningschap voor eeuwig bevestigen. 14 Ík zal hem tot een Vader zijn, en híj zal Mij tot een zoon zijn, wat wil zeggen: als hij zich misdraagt, zal Ik hem terechtwijzen met een stok als van mensen en met slagen als van mensenkinderen. 15 Maar Mijn goedertierenheid zal van hem niet wijken, zoals Ik die deed wijken van Saul, die Ik voor uw ogen weggenomen heb. 16 Uw huis en uw koningschap zullen voor uw ogen voor eeuwig vaststaan, uw troon zal voor eeuwig zeker zijn. 17 Overeenkomstig al deze woorden en heel dit visioen, zo sprak Nathan tot David.  [zie daarbij ook Kanttekeningen bij de St.V. en Korte Verklaring (KV)]; Ps. 89:30,37Psalm 89:30,3730 Ik zal zijn nageslacht voor eeuwig laten bestaan en zijn troon als de dagen van de hemel.
 ...37 Zijn nageslacht zal voor eeuwig blijven, zijn troon zal vóór Mij zijn, vast als de zon.;
 Ps. 132Psalm 132:1-51 Een pelgrimslied. HEERE, denk aan David, aan al zijn lijden, 2 hoe hij de HEERE gezworen heeft, de Machtige Jakobs deze gelofte deed: 3 Nee, ik ga mijn tent, mijn huis, niet binnen, ik leg mij op de rustbank, mijn bed, niet neer; 4 ik gun mijn ogen geen slaap, mijn oogleden geen sluimer, 5 totdat ik voor de HEERE een plaats gevonden heb, een woning voor de Machtige Jakobs!
 ...
 Lees ook de rest van deze Psalm.huis bouwen: Mt. 16:18Mattheüs 16:1818 En Ik zeg u ook dat u Petrus bent, en op deze petra zal Ik Mijn gemeente bouwen, en de poorten van de hel zullen haar niet overweldigen.;
 Joh. 2:19-22Johannes 2:19-2219 Jezus antwoordde en zei tegen hen: Breek deze tempel af en in drie dagen zal Ik hem laten herrijzen. 20 De Joden zeiden dan: Zesenveertig jaar is aan deze tempel gebouwd, en Ú zult hem in drie dagen laten herrijzen? 21 Maar Hij sprak over de tempel van Zijn lichaam. 22 Toen Hij dan uit de doden was opgewekt, herinnerden Zijn discipelen zich dat Hij dit tegen hen gezegd had en geloofden zij de Schrift en het woord dat Jezus gesproken had.;
 1Kor. 3:161Korinthe 3:1616 Weet u niet dat u Gods tempel bent en dat de Geest van God in u woont?;
 Ef. 2:21vEfeze 2:19-2219 Zo bent u dan niet meer vreemdelingen en bijwoners, maar medeburgers van de heiligen en huisgenoten van God, 20 gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus Zelf de hoeksteen is, 21 en op Wie het hele gebouw, goed samengevoegd, verrijst tot een heilige tempel in de Heere; 22 op Wie ook u mede gebouwd wordt tot een woning van God, in de Geest.   en
 4:11vEfeze 4:11v11 En Hij heeft sommigen gegeven als apostelen, anderen als profeten, weer anderen als evangelisten en nog weer anderen als herders en leraars, 12 om de heiligen toe te rusten, tot het werk van dienstbetoon, tot opbouw van het lichaam van Christus,
 ...
 Lees ook de hieropvolgende verzen.).
- 
ede belofte – gegrond in Jezus’ dood en opstanding – van de gave van de Heilige Geest en het schrijven van Gods wet in onze harten, zodat we Zijn wil (Zijn geboden, Joz. 1:8Jozua 1:88 Dit boek met deze wet mag niet wijken uit uw mond, maar u moet het dag en nacht overdenken, zodat u nauwlettend zult handelen overeenkomstig alles wat daarin geschreven staat. Dan immers zult u uw wegen voorspoedig maken en dan zult u verstandig handelen.;
 Mt. 28:19Mattheüs 28:1919 Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, hun lerend alles wat Ik u geboden heb, in acht te nemen.;
 2Tim. 3:15-172Timotheüs 3:14-1714 Blijft u echter bij wat u geleerd hebt en waarvan u verzekerd bent, omdat u weet van wie u het geleerd hebt, 15 en u van jongs af de heilige Schriften kent, die u wijs kunnen maken tot zaligheid, door het geloof dat in Christus Jezus is. 16 Heel de Schrift is door God ingegeven en is nuttig om daarmee te onderwijzen, te weerleggen, te verbeteren en op te voeden in de rechtvaardigheid, 17 opdat de mens die God toebehoort, volmaakt zou zijn, tot elk goed werk volkomen toegerust.)gehoorzamen: (Jer. 31:31-34Jeremia 31:31-3431 Zie, er komen dagen, spreekt de HEERE, dat Ik met het huis van Israël en met het huis van Juda een nieuw verbond zal sluiten, 32 niet zoals het verbond dat Ik met hun vaderen gesloten heb op de dag dat Ik hun hand vastgreep om hen uit het land Egypte te leiden – Mijn verbond, dat zij verbroken hebben, hoewel Ík hen getrouwd had, spreekt de HEERE. 33 Voorzeker, dit is het verbond dat Ik na die dagen met het huis van Israël sluiten zal, spreekt de HEERE: Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven en zal die in hun hart schrijven. Ik zal hun tot een God zijn en zíj zullen Mij tot een volk zijn. 34 Dan zullen zij niet meer eenieder zijn naaste en eenieder zijn broeder onderwijzen door te zeggen: Ken de HEERE, want zij zullen Mij allen kennen, vanaf hun kleinste tot hun grootste toe, spreekt de HEERE. Want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en aan hun zonde niet meer denken. en
 Ez. 36:26,27Ezechiël 36:26,2726 Dan zal Ik u een nieuw hart geven en een nieuwe geest in uw binnenste geven. Ik zal het hart van steen uit uw lichaam wegnemen en u een hart van vlees geven. 27 Ik zal Mijn Geest in uw binnenste geven. Ik zal maken dat u in Mijn verordeningen wandelt en dat u Mijn bepalingen in acht neemt en ze houdt.).
 
 
- 
2En steeds dichter komen we bij de realisering van Gods beloften van redding. Johannes de Doper, heraut van Christus, komt op het toneel. De Romeinen heersen dan over Israël. Er is geen davidische koning, geen realisering van de belofte aan Abraham van universele zegen. En ook in Israël regeerde de zonde, niet de gerechtigheid. Johannes de Doper als wegbereider van Christus roept het volk daarom op:
 Mt. 3:2, 9-12Mattheüs 3:2 en 9-122 en zei: Bekeer u, want het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen.
 ...9 en denk niet dat u bij uzelf kunt zeggen: Wij hebben Abraham als vader; want ik zeg u dat God zelfs uit deze stenen voor Abraham kinderen kan verwekken. 10 De bijl ligt zelfs al aan de wortel van de bomen; elke boom dan die geen goede vrucht voortbrengt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen. 11 Ik doop u wel met water tot bekering, maar Hij Die na mij komt, is sterker dan ik; ik ben het niet waard Hem Zijn sandalen na te dragen. Hij zal u dopen met de Heilige Geest en met vuur. 12 Zijn wan is in Zijn hand en Hij zal Zijn dorsvloer grondig reinigen en Zijn tarwe in de schuur verzamelen en Hij zal het kaf met onuitblusbaar vuur verbranden..
 En Joh. 1:29,33,34Johannes 1:29,33,3429 De volgende dag zag Johannes Jezus naar zich toe komen en hij zei: Zie het Lam van God, Dat de zonde van de wereld wegneemt!
 ...33 En ik kende Hem niet, maar Hij Die mij gezonden heeft om te dopen met water, Die had tegen mij gezegd: Op Wie u de Geest zult zien neerdalen en op Hem blijven, Die is het Die met de Heilige Geest doopt. 34 En ik heb gezien en getuigd dat Híj de Zoon van God is..
 
- 
3En dan is het Gods tijd: God geeft Zijn Zoon – de vervulling van de profetie van Johannes de Doper. En, als Johannes de Doper, horen we Hem zeggen: Mk. 1:14,15Markus 1:14,1514 En nadat Johannes overgeleverd was, ging Jezus naar Galilea en predikte het Evangelie van het Koninkrijk van God, 15 en Hij zei: De tijd is vervuld en het Koninkrijk van God is nabijgekomen; bekeer u en geloof het Evangelie. (vergelijk Mt.  4:17Mattheüs 4:1717 Van toen af begon Jezus te prediken en te zeggen: Bekeer u, want het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen.).
 Met andere woorden de beloften van het OT zijn bezig vervuld te worden.
 
- 
4Het Koninkrijk van God komt echter op een andere manier dan door de Joden verwacht, namelijk niet met een onmiddellijk veroordelen van de vijanden van God (Jes. 51:6Jesaja 51:66 Sla uw ogen op naar de hemel en aanschouw de aarde beneden, want de hemel zal verdwijnen als rook, de aarde zal verslijten als een kleed, evenzo zullen haar bewoners sterven. Maar Mijn heil zal voor eeuwig bestaan, Mijn gerechtigheid zal niet verbroken worden. en 2Ptr. 3:72Petrus 3:77 Maar de hemelen die er nu zijn, en de aarde, zijn door hetzelfde Woord als een schat weggelegd en worden voor het vuur bewaard tot de dag van het oordeel en van het verderf van de goddeloze mensen.) en creëren van nieuwe hemel en aarde (Jes. 65:17Jesaja 65:1717 Want zie, Ik schep een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Aan de vorige dingen zal niet meer gedacht worden, ze zullen niet meer opkomen in het hart. en 2Ptr. 3:112Petrus 3:1111 Als deze dingen dus allemaal vergaan, hoedanig behoort u dan te zijn in heilige levenswandel en in godsvrucht;). Jezus leert:
 Lk. 17:20,21Lukas 17:20,2120 En toen Hem door de Farizeeën gevraagd werd, wanneer het Koninkrijk van God zou komen, antwoordde Hij hun en zei: Het Koninkrijk van God komt niet op waarneembare wijze. 21 En men zal niet zeggen: Zie hier of zie daar, want, zie, het Koninkrijk van God is binnen in u.: Het Koninkrijk is al (alreeds) aanwezig in Zijn Persoon en bediening (terwijl er nog niet direct met de vijanden van het Koninkrijk wordt afgerekend).
 
- 
5En in Mattheüs 13 leren we: Mt. 13:31-33Mattheüs 13:31-3331 Een andere gelijkenis hield Hij hun voor. Hij zei: Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan een mosterdzaad, dat iemand nam en in zijn akker zaaide. 32 Dat is wel het kleinste van al de zaden, maar als het opgegroeid is, is het het grootste van de tuingewassen en het wordt een boom, zodat de vogels in de lucht een nest komen maken in zijn takken. 33 Een andere gelijkenis sprak Hij tot hen: Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan zuurdeeg, dat een vrouw nam en in drie maten meel verborg, totdat het helemaal doorzuurd was.. Het Koninkrijk is er dus in Christus en Zijn werk, maar het is er nog niet in volledigheid en volkomenheid. Zoals iemand (Thomas. R. Schreiner in de ESV-Study Bible, p.1803) mooi zegt: het was er, maar nog niet. Aangevangen, maar nog niet voleind/voltooid. Jezus vervulde nog de ‘rol’ van Knecht van de HEERE (Jes.53) door de zonden van Zijn volk op Zich te nemen en de doodstraf voor de vergeving van hun zonden te dragen. 
- 
6De dag van afrekening (oordeel) zal evenwel zeker komen, ook al is er een interval tussen Gods begin van het vervullen van Zijn beloften in Jezus en de uiteindelijke verwezenlijking. Jezus, Die vanaf Zijn opstanding regeert, zal wederkomen en als Koning-rechter oordelen tussen schapen en geiten, Mt. 25:31-46Mattheüs 25:31,3231 Wanneer de Zoon des mensen komen zal in Zijn heerlijkheid en al de heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten op de troon van Zijn heerlijkheid. 32 En vóór Hem zullen al de volken bijeengebracht worden, en Hij zal ze van elkaar scheiden zoals de herder de schapen van de bokken scheidt.
 ...
 Lees het hoofdstuk verder uit..
 
- 
7Vandaar dat de gelovigen bidden beide om de groei en de voltooiing van het Koninkrijk met het gebedspunt dat de Heere Jezus hun leert in Mattheüs 6:
 Mt. 6:10aMattheüs 6:106 Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, zoals in de hemel zo ook op de aarde.: Uw Koninkrijk kome.
 
- 
8Zie over ‘nu al – nog niet’ ook wat de de Heere Jezus zegt in Johannes: 
- 
nu al: Joh. 5:24-25Johannes 5:24-2524 Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie Mijn woord hoort en Hem gelooft Die Mij gezonden heeft, die heeft eeuwig leven en komt niet in de verdoemenis, maar is uit de dood overgegaan in het leven. 25 Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: De tijd komt en is nu dat de doden de stem van de Zoon van God zullen horen, en dat wie hem horen, zullen leven. en 11:25Johannes 11:2525 Jezus zei tegen haar: Ik ben de Opstanding en het Leven; wie in Mij gelooft, zal leven, ook al was hij gestorven,
 
- 
nog niet: Joh. 5:28,29Johannes 5:28,2928 Verwonder u daar niet over, want de tijd komt waarin allen die in de graven zijn, Zijn stem zullen horen, 29 en zij zullen eruitgaan: zij die het goede gedaan hebben, tot de opstanding ten leven, maar zij die het kwade gedaan hebben, tot de opstanding ter verdoemenis.. 
 
- 
9Het gegeven van het ‘nu al (of: alreeds) – nog niet’ doorloopt, vanuit het fundament van Jezus Christus en Die gekruisigd, het hele NT. Het beseffen daarvan kan je helpen (de ESV-Study Bible spreekt van een sleutel) bij het lezen en begrijpen. Zie schema/overzicht hieronder. 
Schema: Het er al zijn en het nog niet van de laatste dagen. 
- 
Ade OT-profeten, die vanuit hun toenmalige tijd, de tijd van belofte, schreven, spraken van ‘laatste dagen’ als van de tijd van vervulling in de verdere toekomst (zie zoal: Jer. 48:47Jeremia 48:4747 In later tijd echter, spreekt de HEERE, zal ik een omkeer brengen in de gevangenschap van Moab. Tot zover het oordeel over Moab. met Kanttekening;
 Ez. 38:16Ezechiël 38:1616 U zult als een wolk optrekken tegen Mijn volk Israël om het land te bedekken. Het zal gebeuren in later tijd. Dan zal Ik u over Mijn land doen komen, zodat de heidenvolken Mij kennen, wanneer Ik door u, Gog, voor hun ogen geheiligd word. [zie daarbij inleiding bij Hoofdstuk 38 uit Kanttekeningen];
 Hosea 3:5Hosea 3:55 Daarna zullen de Israëlieten zich bekeren, en de HEERE, hun God, zoeken en David, hun koning. Zij zullen zich in diep ontzag tot de HEERE en Zijn goedheid wenden, in later tijd.;
 in Joël 2:28Joël 2:2828 Daarna zal het geschieden dat Ik Mijn Geest zal uitstorten op alle vlees: uw zonen en uw dochters zullen profeteren, uw ouderen zullen dromen dromen, uw jongemannen zullen visioenen zien. lezen we van ‘daarna’, dat in Hnd. 2:17Handelingen 2:1717 En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God, dat Ik zal uitstorten van Mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren, uw jongemannen zullen visioenen zien en uw ouderen zullen dromen dromen. uitleggend is weergegeven met inderdaad:
 in de laatste dagen [zie ook Kanttekening op Joël 2 en Hnd. 2]; Micha 4:1Micha 4:11 Het zal echter in het laatste der dagen geschieden dat de berg van het huis van de HEERE vast zal staan als de hoogste van de bergen, en dat hij verheven zal worden boven de heuvels, en dat de volken ernaartoe zullen stromen.).
 Kan worden weergegeven met: 
- 
de toenmalige tijd (van de OT-schrijvers): de tijd van belofte; 
- 
de laatste dagen: de tijd van vervulling. 
 
- 
BHet NT, de tijd van vervulling, plaatst de ‘laatste dagen’ in de huidige tijd; de laatste dagen begonnen al bij de dood, opstanding en hemelvaart van de Heere Jezus en de uitstorting van de Heilige Geest (Hnd. 2:16,17aHandelingen 2:16,17a16 Maar dit is wat gesproken is door de profeet Joël: 17 En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God, dat Ik zal uitstorten van Mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren, uw jongemannen zullen visioenen zien en uw ouderen zullen dromen dromen. en Hebr. 1:1-3Hebreeën 1:1-31 Nadat God voorheen vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had door de profeten, heeft Hij in deze laatste dagen tot ons gesproken door de Zoon, 2 Die Hij Erfgenaam gemaakt heeft van alles, door Wie Hij ook de wereld gemaakt heeft. 3 Hij, Die de afstraling van Gods heerlijkheid is en de afdruk van Zijn zelfstandigheid, Die alle dingen draagt door Zijn krachtig woord, heeft, nadat Hij de reiniging van onze zonden door Zichzelf tot stand had gebracht, Zich gezet aan de rechterhand van de Majesteit in de hoogste hemelen. [zie verderop]), maar zijn echter nog niet volledig verwezenlijkt, wat zal gebeuren als Jezus terugkomt (wederkomst). Kan worden weergegeven met: 
- 
de tijd van belofte (de tijd van het OT); 
- 
kruis en opstanding van Jezus Christus en de uitstorting van de Heilige Geest (gedeeltelijke verwezenlijking van de laatste dagen); 
- 
de tegenwoordige tijd (van de NT-schrijvers): de tijd van de vervulling; 
- 
Jezus’ wederkomst (volledige realisatie van de laatste dagen). 
 (Zie het schema in tekening-vorm: EVS-Study Bible, pagina 1804). 
 
 
- 
10Met Jezus’ komst op aarde, in heet bijzonder Zijn volbrachte werk op Golgotha met als bekroning Zijn opstanding en hemelvaart, is de te komen tijd aangevangen, is nu de dag van de redding gekomen. 
- 
11Hiermee verbonden is de gave van de Heilige Geest aan de gelovigen als één van de eindtijd-beloften:
 Hnd. 2:16,17aHandelingen 2:16,17a16 Maar dit is wat gesproken is door de profeet Joël: 17 En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God, dat Ik zal uitstorten van Mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren, uw jongemannen zullen visioenen zien en uw ouderen zullen dromen dromen.    (vs 16-21Handelingen 2:16-2116 Maar dit is wat gesproken is door de profeet Joël: 17 En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God, dat Ik zal uitstorten van Mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren, uw jongemannen zullen visioenen zien en uw ouderen zullen dromen dromen. 18 En ook op Mijn dienaren en op Mijn dienaressen zal Ik in die dagen van Mijn Geest uitstorten en zij zullen profeteren. 19 En Ik zal wonderen geven in de hemel boven en tekenen op de aarde beneden: bloed, vuur en rookwalm. 20 De zon zal veranderd worden in duisternis en de maan in bloed, voordat de grote en ontzagwekkende dag van de Heere komt. 21 En het zal zo zijn dat ieder die de Naam van de Heere zal aanroepen, zalig zal worden.)
 (Rom. 8:9-16Romeinen 8:9-169 Maar u bent niet in het vlees, maar in de Geest, wanneer althans de Geest van God in u woont. Maar als iemand de Geest van Christus niet heeft, die is niet van Hem. 10 Als Christus echter in u is, dan is het lichaam wel dood vanwege de zonde, maar de geest is leven vanwege de gerechtigheid. 11 En als de Geest van Hem Die Jezus uit de doden opgewekt heeft, in u woont, zal Hij Die Christus uit de doden opgewekt heeft, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door Zijn Geest, Die in u woont. 12 Welnu, broeders, wij zijn aan het vlees niet verplicht om naar het vlees te leven. 13 Want als u naar het vlees leeft, zult u sterven. Als u echter door de Geest de daden van het lichaam doodt, zult u leven. 14 Immers, zovelen als er door de Geest van God geleid worden, die zijn kinderen van God. 15 Want u hebt niet de Geest van slavernij ontvangen, die opnieuw tot angst leidt, maar u hebt de Geest van aanneming tot kinderen ontvangen, door Wie wij roepen: Abba, Vader! 16 De Geest Zelf getuigt met onze geest dat wij kinderen van God zijn. 17 En als wij kinderen zijn, dan zijn wij ook erfgenamen: erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus; wanneer wij althans met Hem lijden, opdat wij ook met Hem verheerlijkt worden. en Ef. 1:13,14Efeze 1:13,1413 In Hem bent ook u, nadat u het Woord van de waarheid, namelijk het Evangelie van uw zaligheid, gehoord hebt; in Hem bent u ook, toen u tot geloof kwam, verzegeld met de Heilige Geest van de belofte, 14 Die het onderpand is van onze erfenis, tot de verlossing die ons ten deel viel, tot lof van Zijn heerlijkheid.).
 
- 
12De laatste dagen zijn door Gods Zoon de Heere Jezus Christus gekomen: Hebr. 1:1-3Hebreeën 1:1-31 Nadat God voorheen vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had door de profeten, heeft Hij in deze laatste dagen tot ons gesproken door de Zoon, 2 Die Hij Erfgenaam gemaakt heeft van alles, door Wie Hij ook de wereld gemaakt heeft. 3 Hij, Die de afstraling van Gods heerlijkheid is en de afdruk van Zijn zelfstandigheid, Die alle dingen draagt door Zijn krachtig woord, heeft, nadat Hij de reiniging van onze zonden door Zichzelf tot stand had gebracht, Zich gezet aan de rechterhand van de Majesteit in de hoogste hemelen..
 Toch is de heilsgeschiedenis nog niet voltooid. Er is alsnog een ‘nog niet’:
 
- 
De Heere Jezus is opgestaan uit de doden, maar de gelovigen verwachten nog de opstanding van hun eigen lichaam en moeten strijden tegen de zonde tot de dag van de verlossing:
 Rom. 8:10-13,23Romeinen 8:10-13,2310 Als Christus echter in u is, dan is het lichaam wel dood vanwege de zonde, maar de geest is leven vanwege de gerechtigheid. 11 En als de Geest van Hem Die Jezus uit de doden opgewekt heeft, in u woont, zal Hij Die Christus uit de doden opgewekt heeft, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door Zijn Geest, Die in u woont. 12 Welnu, broeders, wij zijn aan het vlees niet verplicht om naar het vlees te leven. 13
 ...23 En dat niet alleen, maar ook wijzelf, die de eerstelingen van de Geest hebben, ook wijzelf zuchten in onszelf, in de verwachting van de aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing van ons lichaam.
 (1Kor. 15:12-281Korinthe 15:12-1412 Als nu van Christus gepredikt wordt dat Hij uit de doden is opgewekt, hoe kunnen sommigen onder u dan zeggen dat er geen opstanding van de doden is? 13 En als er geen opstanding van de doden is, dan is Christus ook niet opgewekt. 14 En als Christus niet is opgewekt, dan is onze prediking zonder inhoud, en zonder inhoud is ook uw geloof.
 ...
 Lees verder tot v.28;   1Ptr. 2:111Petrus 2:1111 Geliefden, ik roep u op als bijwoners en vreemdelingen u te onthouden van de vleselijke begeerten, die strijd voeren tegen de ziel.).
 
- 
De Heere regeert aan de rechterhand van God in de hoge, maar alle dingen zijn Hem nog niet zichtbaar onderworpen:
 Hebr. 2:8Hebreeën 2:7,87 U hebt hem voor korte tijd minder gemaakt dan de engelen; met heerlijkheid en eer hebt U hem gekroond. U hebt hem gesteld over de werken van Uw handen; 8 alle dingen hebt U onder zijn voeten onderworpen. Want bij het onderwerpen van alle dingen aan Hem heeft Hij niets uitgezonderd wat Hem niet onderworpen is. Nu zien wij echter nog niet dat Hem alle dingen onderworpen zijn,.